Ze werd in het najaar een van de bekendste gezichten van het Europees Parlement: Judith Sargentini van GroenLinks. Haar portret prijkte op reclameborden en in tv-spotjes van de Hongaarse regering als toonbeeld van de vijandige Europese Unie.
Judith Sargentini, Europarlementarier voor GroenLinks, in 2018. Beeld Guus Dubbelman / de Volkskrant
Ze had zich de toorn van de Hongaarse premier Viktor Orbán op de hals gehaald met
een zeer kritisch rapport over de ondermijning van de rechtsstaat in
zijn land, aangenomen door het Europarlement. Sargentini besloot te
stoppen op het hoogtepunt en staat niet op een verkiesbare plaats bij de
verkiezingen van donderdag.
Hoe staat het Europees Parlement ervoor bij uw vertrek?
‘Best
in goede staat, vind ik. Dat hang ik op aan de stemming over ons
onderzoeksrapport over Hongarije in september, dat de instemming kreeg
van tweederde van de parlementsleden, ook van rechtse. Dat betekent toch
dat zij de democratie hoog in het vaandel houden, dat zij over
politieke spelletjes heen kunnen springen. In het zittende parlement
zijn de meeste leden pro-Europees, dat zal na de verkiezingen anders
zijn.’
Inderdaad,
ondanks uw succes staan rechts-nationalistische partijen als de Fidesz
van Orbán, Salvini’s Lega in Italië en zelfs de nieuwe Brexit Party van
Nigel Farage in de peilingen op winst. Wat betekent dat voor het
parlement?
‘Ik
vind dat heel zorgelijk. Extreem-rechtse regeringsleiders als Salvini
en Orbán hebben de Europese Raad al min of meer stilgelegd, omdat die
niet meer tot conclusies of oplossingen kan komen, bijvoorbeeld over
migratie en de rechtsstatelijkheid. Ze zullen blij zijn als het Europees
Parlement in net zo’n impasse geraakt. Er zijn meer landen, zoals
Roemenië, Polen en Oostenrijk, die debat daarover niet meer zo nodig
vinden. Ik ben nu in Riga op bezoek bij de Groene Partij van Letland; er
gaat hier veel goed, maar ook dit land blokkeerde een serieus debat
over de rechtsstaat.’
Hoe verklaart u de populariteit van nationalistisch rechts?
‘Ik
wil een appèl doen op de centrumpartijen om duidelijker stelling te
nemen. Die hebben de taal van nationalistisch rechts, zoals jij dat
noemt, salonfähig gemaakt door die deels over te nemen. De
christendemocratische fractie, de EVP, heeft lang gedacht dat de
nationalisten met pappen en nathouden wel rustig konden worden gehouden,
dat het zo’n vaart niet zou lopen. Daar hebben we allemaal in Europa
de prijs voor moeten betalen.
Het
heeft wel acht jaar geduurd voor Manfred Weber, de CSU-voorzitter van
de EVP, zich wilde uitspreken over onze bevindingen van de situatie in
Hongarije. Dat ze nu te elfder ure Fidesz als EVP-lid hebben geschorst,
wist niet uit het geheugen dat ze tot voor kort volhielden dat het
allemaal niet zo erg was. Anderhalve maand voor de verkiezingen nogal
halfslachtig helderheid scheppen, neemt niet weg dat ze die partij de
afgelopen jaren acceptabel vonden.’
De
centrumpartijen lijken nu toch meer stelling te nemen? Premier Rutte
viel vorige week opeens hard de anti-Europese houding van FvD-leider
Thierry Baudet aan.
‘Oké,
maar daarmee maakt hij niet ongedaan wat hij eerder zei, in de sfeer
van ‘als het je hier niet bevalt, dan ga je maar weg’. Op die manier
heeft hij toch het taalgebruik naar de extremen laten opschuiven. Hij
had het ook kunnen hebben over hoe goed de Marokkaanse Nederlanders het
doen vijftig jaar na het eerste gastarbeiderscontract. Een dag of tien
voor de verkiezingen kun je niet ongedaan maken dat je eerder heel
onvriendelijk over nieuwkomers hebt gesproken. Dat zet geen zoden aan de
dijk.’
Waar komen de kiezers van die partijen vandaan, denkt u?
‘Niet
van mijn electoraat in ieder geval. Ik denk van de middenpartijen, de
christendemocraten, liberalen, sociaaldemocraten. Die hebben zich niet
genoeg rekenschap gegeven van de economische moeilijkheden van veel
burgers. En ze hebben het gemakkelijker gemaakt voor kiezers om op
extreem-rechtse partijen te stemmen door hun taalgebruik over te nemen.
In Beieren dacht de oppermachtige CSU de kiezers bij de AfD weg te
kunnen houden door dezelfde taal te bezigen. Een grote vergissing, bleek
bij de verkiezingen van oktober: kiezers gaan dan liever voor het echte
werk. Ondertussen is het taalgebruik genormaliseerd; dat draai je niet
zomaar terug.’
U bent er niet bij in het nieuwe Europarlement, maar hoe moet dat met een veel grotere anti-Europese sectie?
‘Ik
hoop dat de collegae die blijven of erbij komen zich realiseren dat er
een tandje bij moet worden gezet. Ik begrijp dat de EVP heeft gezegd
geen deals te zullen sluiten met extreem-rechtse partijen. Ik zou
zeggen: houd ze eraan.’
En wat gaat u doen?
‘Ik
weet het nog niet. Na twintig jaar als volksvertegenwoordiger van de
gemeenteraad tot het Europarlement is het mooi geweest. Ik ben nu nog
druk in de campagne voor de Europese verkiezingen. Maar ik ben niet zo’n
spreker voor bijeenkomsten en debatten, niet zo van de beste stuurlui
staan aan wal. Ik wil iets praktisch doen.’
Partijpolitiek is lang boven loyaliteit aan Europese waarden gegaan, schrijft Judith Sargentini. Kies voor Europarlementariërs die in actie komen voor fundamentele beginselen van rechtsstaat en democratie.
De Hongaarse premier Viktor Orbán (rechts) heeft vice-premier Matteo Salvini van Italië (met verrekijker) op bezoek bij een hek op de grens met Servië.
Foto Balazs Szecsodi/AFP
Nadat
het Europees Parlement mijn rapport over de systematische bedreiging
van de rechtsstaat in Hongarije had aangenomen, is actie om Hongarije
weer op het juiste pad te krijgen uitgebleven. Zowel bij de Europese
Commissie als bij de ministers van de EU-landen. Dat maakt het
belangrijker dan ooit om te gaan stemmen op 23 mei. Het is cruciaal dat
het nieuwe Europees Parlement bestaat uit volksvertegenwoordigers die de
rechtsstaat respecteren en verdedigen daar waar die onder druk staat in
onze Unie. De tijd dringt: regeringen die de rechtsstaat schenden
zitten nu al aan tafel bij Europese besluiten die ook ons raken.
Strafprocedure
Een recent voorbeeld: vorige week vierde premier Orbán vijftien jaar EU-lidmaatschap door de Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken, Salvini, uit te nodigen samen het hek aan de Servische grens te inspecteren. Aan die grens zijn twee detentiecentra voor asielzoekers: iedere vluchteling die asiel aanvraagt, wordt daar zonder pardon opgesloten. Sinds de zomer droeg het Europees Mensenrechtenhof Hongarije al dertien keer op om het uithongeren van asielzoekers in deze centra te stoppen.
Er is niet genoeg gedaan om de ontwikkelingen in Hongarije te keren.
Na de oproep van het Parlement pakte de Europese Commissie niet door.
Zij startte weliswaar inbreukprocedures bij specifieke juridische
problemen, maar een Artikel 7-procedure, het krachtigste instrument om
het stelselmatig ondermijnen van de EU-waarden een halt toe te roepen,
kwam er niet. Ook de overige 27 lidstaten zijn lange tijd stil gebleven.
Het resultaat is dat Orbán vrij spel kreeg om zijn ‘illiberale
democratie’ uit te rollen. Dit heeft niet alleen ernstige gevolgen voor
Hongaarse burgers, maar ook voor de inwoners van andere landen die het
voorbeeld van Hongarije lijken te volgen, zoals Polen en Roemenië.
Partijpolitiek boven democratische waarden
Vanwaar het gebrek aan daadkracht? Het onderliggende probleem is dat
politici liever wegkijken dan hun collega’s confronteren, wanneer de
rechtsstaat met voeten wordt getreden. De rechtsstaat heeft het te lang
afgelegd tegen partijpolitiek. Dat wordt zichtbaar in het feit dat de
Commissie wél tot actie overging toen de situatie in Polen
verslechterde. De 28 Eurocommissarissen zijn in grote meerderheid lid
van de twee grootste Europese politieke families: de Europese
christendemocratie waartoe het CDA, en nog steeds de partij van Orbán,
Fidesz, behoort (EVP), en de sociaal-democraten waartoe de PvdA, en de
Roemeense regeringspartij PSD, behoort (PES). De Poolse regeringspartij
zit in een andere politieke familie.
De tweederde meerderheid voor mijn rapport was dan ook alleen
mogelijk dankzij een doorbraak. Een deel van de christendemocratische
parlementsleden doorbrak eindelijk het taboe om een eigen ‘familielid’
terecht te wijzen. Gedwongen tussen een keuze voor loyaliteit aan Orbán
of aan de fundamenten van de Unie, kozen zij in meerderheid voor het
laatste.
Het is nog steeds wachten op eenzelfde doorbraak in de Raad van Ministers waar de 28 lidstaten zich verenigen. Zij zijn aan zet om Hongarije te helpen terug te keren naar een gezonde democratische rechtsstaat. De opeenvolgende roulerende voorzitters van de EU, Oostenrijk in de laatste helft van 2018 en Roemenië tot aan de zomer, hebben bijgedragen aan de lakse houding van de Raad. De Oostenrijkse regering, een coalitie van christendemocraten en de extreem-rechtse FPÖ, en de sociaal-democratisch-liberale Roemeense regering hebben sympathie voor Orbán. De hoop is nu gevestigd op het Finse voorzitterschap in de tweede helft van dit jaar.
Het probleem is dat EU-landen toevlucht zoeken in een procedurele en
detaillistische aanpak van overtredingen van EU-recht, om zo geen
oordeel te hoeven vellen over het totaalbeeld van afglijdende
rechtsstaten. Op voorstel van België wordt er gewerkt aan een jaarlijkse
rechtsstaat-check, dat moeten onderlinge controles worden door
EU-lidstaten. Maar die vinden achter gesloten deuren plaats en de
resultaten worden niet openbaar gemaakt. Ik acht het onwaarschijnlijk
dat Orbán zich van zo’n geheime visitatie iets aantrekt.
Druk uitoefenen
Uiteindelijk is er politieke moed nodig om lidstaten voor het blok te
zetten en positie te kiezen. Dat betekent dat het Finse voorzitterschap
of andere voortrekkers het initiatief moeten nemen om verder te gaan
dan procedurele en juridische oefeningen die lidstaten van een excuus
voorzien om om de hete brij heen te draaien. Zoals een stemming in het
Europees Parlement de christendemocratische familie dwong om positie in
te nemen, is het ook in de Raad tijd om rode lijnen te trekken.
De politieke druk om deze moeilijke stap te zetten moet zo hoog mogelijk worden. Daarom is ook de samenstelling van het nieuwe Europese Parlement cruciaal. Een parlement gevuld met meelopers van Orbán en Salvini is het ultieme cadeau voor regeringsleiders die lastige besluiten willen vermijden. Een Parlement dat via haar begrotingsrecht en wetgevingsmacht zo veel mogelijk druk blijft zetten op respect voor de uitgangspunten van het EU-verdrag, kan wellicht een doorbraak forceren. Ook voor de toekomst van de rechtsstaat doet uw stem er dus toe op 23 mei.
In september vorig jaar haalde GroenLinks-Europarlementariër Judith Sargentini de voorpagina’s, toen een tweederde meerderheid van het Europees Parlement instemde met haar rapport over de „systematische bedreiging” van de rechtsstaat in Hongarije. Het Parlement riep de Europese Raad op een strafprocedure (‘Artikel 7’) tegen Hongarije te starten.
Judith Sargentini is Europarlementariër (GroenLinks) en niet herkiesbaar. Dit is een ingekorte versie van de Europalezing die ze 9 mei aan de Universiteit Leiden hield.
Judith Sargentini en Kati Piri zijn beiden lid van het Europees Parlement. Piri is al jaren een kritische volger van Turkije. Als rapporteur bezoekt ze regelmatig, onder goede beveiliging, het land. Sargentini rapporteerde over de ontluisterende staat van de democratie in Hongarije en wordt sindsdien door het Oost-Europese land gezien als een ‘staatsvijand’. De twee Europarlementariërs vertellen over hun werk en wat ze in Europa hebben bereikt.
“Ik ga niet naar Hongarije, want ik voel me niet veilig”, vertelt Judith Sargentini
Judith Sargentini of Dutch Greens says situation has got worse since her report last year
The Hungarian prime minister, Viktor Orbán, has dismissed criticism by EU leaders. Photograph: Bernadett Szabó/Reuters
European Union leaders are failing to act despite the “worsening” outlook for the rule of law in Hungary, according to a leading MEP.
Judith Sargentini, a Dutch MEP whose report triggered the EU’s most serious disciplinary procedure against Hungary
last September, called on the Council of EU member states to start “a
real process” that would examine the rule of law in that country.
“Since the vote on my report in September things in Hungary actually only got worse,” said the Green MEP.
Since MEPs voted to trigger action from EU member states, she said
the Central European University had moved to Vienna and the government
had created a new court that will be subject to ministerial control.
The MEP called on Romania, which is chairing the EU rotating
presidency, to produce a timetable for examining the rule of law in Hungary,
as she accused Budapest of stalling the process. “Hungarian citizens
have the right for protection and have the right to know what you are
planning to do.”
Frans Timmermans, the vice-president of the European commission, said
he regretted that Sargentini had not been given a chance to present her
analysis of threats to the rule of law in Hungary to EU ministers.
The European parliament voted to trigger the EU’s most serious disciplinary procedure against Hungary last September, a move that was supported by some MEPs in the centre-right European People’s party, the group that houses the ruling Fidesz party.
Although EU law requires member states to act, the procedure has
languished and little progress is expected before European elections in
May.
Hungary’s government refused to take part in the latest debate in
Brussels, saying that the European institutions had been hijacked by
“the political left and political liberals” for a political rally.
Viktor Orbán’s spokesman, Zoltán Kovács, claimed that the rule of law
procedure was a “political plot” linked to the philanthropist George
Soros, the Hungarian-born billionaire philanthropist who is subject to relentless attack by the Hungarian government.
The government also singled out Timmermans, describing the Dutch EU
commissioner as “an arm of these leftist liberal Soros-related
organisations”.
Timmermans, who is seeking to become the next commission president,
rejected attempts to portray him as pursuing his own agenda. “In my work
on the rule of law I have the full support of the president of the
commission and all of the other members,” he told journalists. “I would
be more worried if Viktor Orbán started praising me frankly,” in remarks that highlight the depth of tensions between Brussels and Budapest.
During the debate on Wednesday evening Hungary’s government received
support from conservative MPs, including members of the group created by
David Cameron, once he took the Tories out of the moderate centre-right
European People’s party. One Polish MEP, who sits with the British
Conservatives, said the “European establishment” had been attacking
“people you want to get rid of” ever since the moves to isolate the far-right Austrian leader Jörg Haider.
Responding to such points, Timmermans said democracy was always
invoked as justification for not complying with EU legislation. Hungary
had made the “wonderful” and “sovereign choice” to become a member of
the EU. “If you choose to become member of a treaty-based organisation,
like the European Union, you by that choice say you will follow the
rules of that treaty.”
The debate came one day after new research from Transparency
International showed that Hungary was deemed to have become more corrupt
since Orbán returned to office in 2010. According to Transparency
international’s latest corruption perceptions index, Hungary has fallen
nine points in the rankings since 2012 to a level that suggests “serious
problems with corruption”.
Kovács dismissed suggestions that Hungary had questions to answer
about alleged misuse of EU funds by Orbán’s friends and families. Kovács
said it was “a very nice political agenda” for critics, but insisted
Hungary obeyed all EU rules.
Met haar rapport over de afglijdende rechtsstaat in Hongarije werd Judith Sargentini dit jaar een bekende Europarlementariër, in binnen- en buitenland.
Of
ze in Hongarije nog over straat kan zonder meteen herkend te worden,
vroeg laatst iemand aan Judith Sargentini, op vriendelijk-jolige toon.
“Dat is eigenlijk helemaal niet grappig”, antwoordde ze. Met de
haatcampagne die de Hongaarse regering tegen haar voert, en waarin haar
gezicht met grote regelmaat is te zien, in een soort heksachtige
bewerking bovendien, kijkt ze wel uit om voet op Hongaarse bodem te
zetten. Je weet nooit welke geïndoctrineerde gek je tegenkomt. Op
Twitter krijgt ze seksistische bagger over zich heen en wordt ze zelfs
met de dood bedreigd.
Er
zijn ook leukere kanten aan die ‘roem’, ervoer ze in een Amsterdams
zwembad. “Sta ik daar druppend langs de kant, met mijn badmuts en
zwembrilletje op, komt er een Hongaarse mevrouw naar me toe om te
zeggen: ‘Dankuwel, mevrouw Sargentini’”.
In
september nam het Europees Parlement met een twee derde meerderheid
haar rapport aan over de afglijdende rechtsstaat in een EU-land, een
unicum in de geschiedenis van dat parlement.
Daarmee
werd 2018 het jaar dat de GroenLinkser in binnen- en buitenland een
bekende Europarlementariër werd, maar ook het jaar dat ze haar vertrek
uit dat parlement aankondigde, na de verkiezingen van volgend jaar. “Ik
vind die debatten zonder resultaat niet leuk meer, vooral over asiel en
migratie”, lichtte ze een paar dagen voor die cruciale
Hongarije-stemming in Straatsburg haar besluit toe in deze krant.
We zijn drie maanden verder, wat is er in de tussentijd met dat Hongarije-rapport gebeurd?
“Ik
heb het gepresenteerd tijdens een informele ministersbijeenkomst, op
een maandagochtend om acht uur. Ik zat daar met slechts vijf ministers
in het lulligste zaaltje dat je je kunt voorstellen. Dit is blijkbaar de
manier waarop het parlement wordt bejegend door de lidstaten. De
Europese Centrale Bank en de Europese Commissie worden altijd met alle
egards ontvangen, maar wij mogen niet eens zo’n belangrijk rapport over
artikel 7 uit het EU-verdrag komen voorstellen. “Minister
Stef Blok was er wel, dat was fijn. Nederland neemt het echt serieus,
ze hebben met Eurocommissaris Timmermans (die streng is tegen Polen,
red.) en mij ook een morele verplichting. “Maar
verder wist ik niet eens wie er precies zaten. We kregen geen lijstje
met namen, het moest allemaal zo informeel mogelijk, kennelijk om te
voorkomen dat het parlement hieraan allerlei rechten ging ontlenen. Er
zat ongetwijfeld ook een Hongaarse diplomaat bij, maar die deed zijn
mond niet open. We mochten ook niet met zoveel mensen komen, want dat
paste niet in het zaaltje. Maandagochtend, acht uur ’s ochtends in dat
gigantische raadsgebouw… Dan zijn er zaaltjes zat hè? Zááltjes zat. Het
was een aanfluiting. Intussen verslechtert de situatie in Hongarije
gewoon verder.
“Dit
zou dus overnieuw moeten, maar de vraag is hoe hard onze
parlementsvoorzitter Antonio Tajani gaat duwen. Die heeft mij ook
nauwelijks in bescherming genomen tegen de Hongaarse haatcampagne. Hij
heeft er een keer iets over gezegd, in een adem met een Italiaanse die
door extreem-rechtse demonstranten in Italië is aangevallen. Ik, en met
mij het hele parlement, word aangevallen door een regering van
EU-lidstaat, en word in hetzelfde alineaatje opgesomd als iemand die
door een stelletje neonazi’s is aangevallen. “Tajani
(van Forza Italia, die samen met Orbáns Fidesz-partij in de Europese
Volkspartij zit, red.) heeft voorafgaand aan de stemming over mijn
Hongarije-rapport afgeraden om ervoor te stemmen. Hij zei iets als ‘dit
doen we toch ook niet tegen Roemenië of Slowakije?’ Dat zegt hij omdat
daar sociaal-democraten in de regering zitten. “Dat
kun je als parlementsvoorzitter niet maken. Zoiets zou Martin Schulz
(Tajani’s voorganger, red.) nooit hebben gedaan. Die was met mij
meegegaan naar die ministersbijeenkomst op maandagochtend. Goed, daar
had hij mij waarschijnlijk wegge-elleboogd, maar Schulz zou deze strijd
heel anders gestreden hebben.”
Wordt het niet een heel frustrerend einde zo, met uw rapport?
“Dat
zou kunnen, behalve dat er Europese verkiezingen aankomen. Dit is een
politiek proces dat ook zal meespelen in de campagnes. De
christen-democraten in West-Europa gaan hier last mee krijgen.”
Toen
u uw vertrek aankondigde, zei u dat u zich een tijdje wilde bezinnen op
de toekomst. Nu weet ik niet hoe u in elkaar zit, maar ik kan me zo
voorstellen dat die bezinning al begint op de dag dat je zo’n besluit
neemt, en dat u op uw laatste dag volgend jaar zomer al bent
uitbezonnen.
“En
dat je dan klaar bent? Eerlijk gezegd, ik ben net weer beter van twee
weken ziek zijn, en heb al die tijd min of meer doorgewerkt. Bij die
Hongarije-presentatie voor de ministers op die maandagmorgen was ik
strontziek. Ik zat dik onder de paracetamol en vervolgens heb ik ook nog
een hele Straatsburg-week doorgewerkt. Terwijl zo’n zware verkoudheid
echt niet twee weken hoeft te duren. Dus ik denk dat ik wel even tijd
nodig heb. “Ik snap wat je bedoelt, maar ben echt
van plan om eventjes geen dingen aan te nemen. Lange wandelingen maken,
met mijn moeder op vakantie, dat soort dingen. Ik zie mezelf niet in
september 2019 een nieuwe baan aanvaarden.”
De groene partijen in Europa hebben de wind in de rug…
“Terwijl we twee jaar geleden nog dachten: o mijn God.”
Maar u maakt dat bij de verkiezingen van volgend jaar allemaal niet meer mee.
“Regelmatig
denk ik: o ja, dat ga ik wel missen. Maar niet genoeg om terug te komen
op mijn besluit. Toen ik rondliep op het congres van de Europese
Groenen (eind november in Berlijn, red.) merkte ik dat sommige dingen
gewoon niet meer voldoende enthousiasmeren. Als je dat gaat denken, moet
je echt wat anders gaan doen.”
Als
je kijkt naar de onderwerpen waar u de afgelopen jaren mee bezig bent
geweest – Hongarije, witwasrichtlijn, conflictmineralen – dan lijken dat
geen echte GroenLinks-speerpunten, in de categorie klimaat
bijvoorbeeld.
“Dat
is altijd zo geweest. Ik heb nooit klimaat- of milieudossiers gedaan,
ook niet in de Amsterdamse gemeenteraad. Altijd onderwijs, justitie,
veiligheid, sociale zaken, armoede, diversiteit, dat soort dingen. De
afdeling ‘rood’.”
Nooit de behoefte gehad om iets met klimaat en milieu te doen?
“Wel in mijn privéleven, daar hou ik me er keurig aan.”
Bij ons in de krant stond ooit dat u een emmer in uw douche heeft staan, en dat u daarmee de wc doorspoelt.
“Inderdaad,
ik heb een emmer in de douche staan. Het duurt bij mij heel lang
voordat het water warm wordt. Dan kun je al dat water wel door het putje
dingesen, maar dat vind ik zonde. Dus staat er een emmer in de douche
en daarmee spoel ik de wc door.”
Was er niet een keer iemand die adviseerde om te plassen tijdens het douchen, om water te sparen?
“Dat
was een GroenLinks-wethouder ergens in het noorden. Dat vond niet
iedereen een even fris idee. Ik doe die emmer. Ik zie in de krant vaak
van die lijstjes staan met snelle milieuvriendelijke oplossingen. Alles
wat daarop staat, doe ik al. ‘Doe je wasdroger weg’. Nooit gehad, wij
hebben gewoon een rekje. ‘Doe je auto weg’. Nooit gehad. ‘Isoleer je
huis’. Ons huis is van 2003. ‘Eet geen vlees’. Doe ik al sinds mijn 13de
niet. “Ik reis natuurlijk wel veel. Daar is mijn
voetafdruk stevig, laten we er niet omheen draaien. Ik compenseer dat
wel, maar compenseren is een soort van katholieke aflaat.”
U komt uit een links nest. Nu willen pubers zich nog wel eens afzetten tegen hun ouders. Nooit die behoefte gehad?
“Nee,
nooit. Mijn ouders waren ook niet politiek actief hè, ze waren
maatschappelijk actief. Ik ben warm en maatschappelijk bewust opgevoed
en het is nooit in me opgekomen dat je anders zou moeten leven.”
Hoe vierden jullie vroeger Kerstmis thuis?
“Mijn
ouders zijn katholiek opgevoed en zijn van hun geloof gevallen in de
jaren zeventig. Maar daar bleven natuurlijk culturele dingen van hangen.
Wij vierden het vooral op kerstavond, dat was een soort ceremonie die
voor mijn ouders misschien in de plaats kwam van de verplichte nachtmis.
Mijn moeder bakte een cake of een tulband, en mijn vader pakte zijn
blokfluit uit de kast en daar speelde hij kerstdeuntjes op. En dan
draaiden we zo’n plaat van Herman van Veen met kerstliederen. “We
hadden een boom met gekleurde lichtjes, die hadden we nog van oma
gekregen. Die heb ik nooit gekend want ze overleed vlak voor ik geboren
werd. Gekleurde lichtjes, want dat vonden de kinderen zo leuk. Nou, zo
dus. Er lag wel een pakje onder de boom maar we vierden Sinterklaas, dus
daar lag dan een pak nieuwe viltstiften of zo. “We
hadden een kerststalletje, en daar gooiden we dan Vim overheen bij
wijze van sneeuw (voor de jongere lezertjes: Vim is een oud merk
schuurpoeder, later werd dat Jif, en nog weer later Cif, red.). Wist ik
veel, als kind, dat het in Bethlehem niet sneeuwde. En dan zong mijn
moeder ‘En het sneeuwde, en het vimde, en het was er zo koud’.”
En dit jaar?
“Dit
jaar zijn we voor het eerst weer eens thuis. Mijn vriend en ik gingen
de laatste jaren eigenlijk altijd een week weg, naar de randen van
Europa, naar de zon. Met dit werk is weg zijn eigenlijk de makkelijkste
manier om te ontspannen. Thuis krijg je toch weer verplichtingen. Dus
dan zaten we meestal met z’n tweeën in een huisje en dan kookte ik
spaghetti.”
Wat wordt in het nieuwe jaar uw laatste klus voor het Europees Parlement?
“Ik
heb nog even een nieuw dossier erbij gepakt; ben namelijk rapporteur
over de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers. Die richtlijn moet
worden herzien, tenminste dat willen de lidstaten graag. Vervolgens
heeft de Europese Commissie een labbekakkerig stukje wetgeving
afgeleverd waarvan niemand kan inzien wat de consequenties zijn. “Nu
is het terugsturen van afgewezen asielzoekers niet het meest favoriete
onderwerp bij de Groenen. Genoeg collega’s hebben gezegd: dit is een
lose-lose-situation. Als je goed functionerende wetgeving maakt, worden
er meer mensen uitgezet dan nu. Dat vindt niet iedereen in onze
achterban een goed idee. Maar ik dacht: ik ga toch weg, ik durf dat wel
aan. Ik vind ook dat asielbeleid niet zonder terugkeerbeleid kan. Laat
mij er dan maar eentje schrijven waarvan ik denk dat hij deugt. Ik wil
graag een mooi stuk wetgeving achterlaten waarin je met respect voor
alle internationale regels tot een humaan terugkeerbeleid kunt komen.
Dus dat ga ik nog even doen.”
Judith Sargentini
Judith
Sargentini (Amsterdam, 1974) is een verre nazaat van Giovanni Domenico
Sargentini, een Italiaanse gipsgieter uit Bozzano die zich in de tweede
helft van de negentiende eeuw vestigde in de Jordaan. Ze studeerde
geschiedenis en specialiseerde zich in democratie en totalitaire
regimes. In 1999 werd Sargentini voor GroenLinks duoraadslid in de
Amsterdam, vanaf 2006 was ze fractievoorzitter. In die tijd was ze ook
actief voor het Nederlands Instituut voor Zuidelijk Afrika. Vervolgens
werd ze tot twee keer toe gekozen in het Europees Parlement: in 2009 en
2014. Ze speelde een grote rol in de totstandkoming van wetgeving over
onder meer conflictmineralen en het tegengaan van witwaspraktijken.
Grote bekendheid kreeg ze dit jaar met haar rapport over de rechtsstaat
in Hongarije. Sargentini woont in Amsterdam met haar vriend.